(…) Begin december bezochten ze samen nog het concert van Josephine Baker. Een paar dagen later kwam het bericht dat het kind waarschijnlijk te vroeg zou worden geboren. Vlak na de kerst was Alie in het Wilhelmina Gasthuis opgenomen. Zou de kleine nog in 1926 komen? In gedachten verzonken nam hij lijn drie, stapte uit bij de Overtoom, kocht een bos bloemen en ging het vrouwenpaviljoen binnen.
Op 1 januari 1927 om 0.03 uur werd het zevendemaands jongetje geboren en meteen in een couveuse gelegd.
“Heeft U tijdens de zwangerschap veel alcohol gedronken”, vroeg de kraamzuster, die wees op de knalrode neus van het wurm. De familie Mater was al twee generaties aan de blauwe knoop, dus dat viel verkeerd. Het kwam niet meer goed tussen Alie en de kraamverzorgster.
uit: “Tegenwicht” van Max van den Berg, blz. 7, 2007, Uitgeverij Nomakaber, Amsterdam
(Het boek ligt in De Wachtkamer ter inzage-Redactie)